Orgels / Schagen / St. Christoforuskerk
Molenstraat 2, Schagen

Kerk

De oude St. Christoforuskerk te Schagen werd op 10 mei 1881 gesloten en afgebroken. In 1888 werd de huidige St. Christoforuskerk, een ontwerp van architect A. Tepe aan de Molenstraat in Schage in gebruik genomen.

Eerste orgel
Op 29 maart 1739 werd in de parochiekerk te Schagen een orgel in gebruik genomen dat was gebouwd door N.A. Willembroek, de meesterknecht van F.C. Schnitger.
Het Willembroek-orgel werd in 1868 door L. Ypma & Co. gerenoveerd, waarbij de Dulciaan 8' door een Trompet 8' werd vervangen.
Bij sluiting van de oude kerk werd het orgel opgeslagen en in de noodkerk werd tijdelijk een positief gebruikt dat afkomstig was van het klein-seminarie Hageveld in Voorhout.
In de nieuwe kerk bleek het Willembroek-orgel echter niet meer te voldoen, waarna het werd verkocht voor de sloop aan orgelbouwer Van Ingen te Haarlem. Tot 1930 is een groot harmonium gebruikt.

Dispositie van het Willembroek-orgel (1739):

Manuaal:

Pedaal:

Prestant 8'

Aangehangen

Holpijp 8'

 

Quintadeen 8'

 

Octaaf 4'

 

Fluit 4'

 
Quint 3'  
Superoctaaf 2'  
Mixtuur IV sterk  
Sesquialter II sterk  
Dulciaan 8'  

Tweede orgel

Foto: © collectie P. Bron

In 1930 bouwde J. Vermeulen te Alkmaar een nieuw tweeklaviers pneumatisch orgel voor de St. Christoforuskerk in Schagen.
In 1946 verbouwde Vermeulen het orgel, waarbij de dispositie werd gewijzigd. De Quintadeen 16' verhuisde van het zwelwerk naar het hoofdwerk waar de Bourdon 16' voor moest wijken. De Mixtuur-Cornet werd tot Mixtuur verbouwd en op het zwelwerk kwam een Cymbel. De Violine 4' werd door een Zingende Prestant 4' vervangen en op het pedaal werd een Koraalbas 4' geplaatst.
Eind jaren '60 van de vorige eeuw werd het orgel buiten gebruik gesteld en een elektronicum in het koor geplaatst, in afwachting van de aankoop van een ander pijporgel.
Dit werd in juni 1979 vervangen door een klein positief van Maarschalkerweerd uit 1885, afkomstig uit het Elisabethziekenhuis in Arnhem. Dit instrument werd al in 1981 weer verkocht aan de Gereformeerde Kerk te Lobith.

Dispositie van het Vermeulen-orgel (1930) na 1946:

Hoofdwerk:

Zwelwerk:

Pedaal:

Quintadeen 16'

Fluit Prestant 8'

Subbas 16'

Prestant 8'

Viola di Gamba 8' Octaafbas 8'

Fluit Harmoniek 8'

Voix Celeste 8' Koraalbas 4'

Salicionaal 8'

Dolce 8'

Fagotbas 16'

Holpijp 8'

Concertfluit 4'  
Prestant 4' Zingende Prestant 4'  
Roerfluit 4' Nasard 2 2/3'  
Mixtuur III sterk Piccolo 2'  
Trompet Harmoniek 8' Cymbel III sterk  
  Basson-Hobo 8'  

Huidig orgel

Op 13 juni 1979 werd door het parochiebestuur een orgelcommissie ingesteld die op zoek moest gaan naar een groter orgel. Het Maarschalkerweerd-orgel werd tegelijkertijd aangekocht als tijdelijke oplossing. Via de British Institute of Organ Studies kwam men in aanraking met een orgel in de Church of St. Mary Magdalene in Worcester. Dit orgel had 30 registers en verkeerde in redelijk goede staat, ondanks het feit dat de kerk al twee jaar buiten gebruik was. Het was gebouwd in 1878-1882 door de Worcester orgelbouwer John Nicholson. Het was een geschenk van kolonel Johnstone van het 12de Madres Native Infant Regiment. De kerk in Worcester werd in 1978 gesloten. Het orgel was geheel op maat gemaakt voor deze grote neogotische kerk.
In Schagen besloot men in 19801 het Engelse orgel te kopen en te laten opknappen en verbouwen voor plaatsing in de eigen, eveneens neogotische, kerk. De opdracht werd gegeven aan de firma Bishop & Son uit Ipswich. Deze demonteerde het instrument in augustus 1980 in Worcester. Op 19 februari arriveerde het in Schagen. Het orgel is op enkele punten gewijzigde of aangevuld bij de revisie. Zo is het groot octaaf van verschillende registers bijgemaakt, omdat het bij de bouw niet was geplaatst. Hiervoor is oud engels pijpwerk gebruikt. Er is ook een Trombone 16' aan het pedaal toegevoegd, afkomstig van het William Hill-orgel uit de kerk van St. Mary in Hulme bij Manchester uit 1858. Op 16 mei 1981 werd het hernieuwde orgel in gebruik genomen, waarna op 16 mei een inspelingsconcert plaatsvond, gegeven door Francis Jackson (York) en Jan Jongepier (Leeuwarden).
Actuele informatie rondom dit fraaie instrument treft u aan op de website van de organist Tjeerd van der Ploeg:
www.nicholsonschagen.nl.

Huidige dispositie van het Nicholson-orgel (1882):

Great:

Swell:

Choir:

Pedall:

Bourdon 16'

Bourdon 16'

Dulciana 8'

Open Diapason 16'

Large Open Diapason 8'

Open Diapason 8'

Stopped Diapason 8' bas/treble

Bourdon 16'

Small Open Diapason 8'

Gamba 8'

Gamba 8'

Principal 8'

Clarabella 8'

Lieblich Gedackt 8'

Flute 4'

Trombone 16'

Keraulophon 8'

Vox Celeste 8'

Piccolo 2'

 

Principal 4'

Gemshorn 4'

Cremona 8'

Werktuiglijke registers:

Wald Flöte 4'

Harmonic Flute 4'

  Koppel Swell-Great

Fiftheenth 2'

Piccolo 2'

  Koppel Swell-Choir

Mixture IV ranks

Mixture III ranks

  Koppel Swell-Pedall

Trumpet 8'

Cornopean 8'

  Koppel Choir-Pedall

 

Oboe 8'

  Koppel Great-Pedall
      6 registercombinaties

Terug naar boven