Orgels /
Amsterdam / Gereformeerde Gemeente
Melkweg 16,
Amsterdam
Kerk
De kerk in de jaren '50.
De gemeente van
Amsterdam is op 23 oktober 1935 gesticht als Gereformeerde Gemeente
Amsterdam-Noord. In 1951 werd in het noorden van de wijk Tuindorp-Oostzaan, aan
de Melkweg 16 een kerkgebouw met ongeveer 200 zitplaatsen gebouwd, naar ontwerp van architect Verkerk. Op 26 september volgde de ingebruikname.
In 1979 werd een nieuw verenigingsgebouw met consistorie achter de kerk gebouwd. In maart 1980 werd dit in gebruik genomen.
Nadat in 1994 de
Gereformeerde Gemeente
Amsterdam-Centrum was opgeheven, werd de gemeente van Noord in het vervolg
aangeduid als Gereformeerde Gemeente Amsterdam.
Sinds 2012 zijn de Zaandamse
leden van de Gereformeerde Gemeente samengegaan met Amsterdam. Het
kerkgebouw in Zaandam is gesloten.
Eerste orgel
Situatie in Oostzaan in de periode 1962-1971. Collectie J. de Waal.
Situatie in Oostzaan in de periode 1962-1971. Collectie J. de Waal.
In 1951 werd er een eenklaviers pneumatisch orgel in de toen nieuwe kerk van de Gereformeerde Gemeente te Amsterdam-Noord
geplaatst. Dit werd geleverd door de firma Spiering en betrof een tweedehands orgel, afkomstig uit een kerk in Boskoop (vermoedelijk gebouw Salvatori). Muziekleraar Dirk Bosschieter (1898-1965) uit Oostzaan was aangetrokken als adviseur. Het instrument kostte f2600,-. Het kreeg een plaats op een galerij boven de ingang. Bij de ingebruikname van het kerkgebouw op 26 september 1951
werd gelijktijdig het orgel in gebruik genomen.
Dispositie van het
Spiering-orgel (voor 1951): Manuaal: Pedaal Bourdon 16' Aangehangen Prestant 8' Salicionaal 8' Werktuiglijke registers Holpijp 8' Superoctaafkoppel Octaaf 4' Pedaalkoppel Tremulant Tutti
Tweede orgel
Dankzij subsidie van het Rampenfonds kon in 1961 een nieuw mechanisch orgel worden
gebouwd door de firma Vierdag uit Enschede. Willem Hülsmann namens de Hervormde Orgelcommissie trad hierbij op als adviseur. Het Rampenfonds verleende hiervoor subsidie. Op 12 januari 1962 volgde de officiële opdracht aan Vierdag.
De galerij werd aangepast naar een ontwerp van architect J. Valk.
Het instrument werd op 24 augustus 1962 in gebruik genomen met een bespeling door Hülsmann en door Barend Felthuis (1934-2008), de plaatselijke organist.
Het eindrapport dat in november gereed was, sprak over een degelijke constructie, een geslaagde intonatie, met name van de fluitstemmen en de
vormgeving van de kas sloot goed aan bij die van het kerkgebouw, dat in de stijl van de Delftse school is gebouwd. Dispositie van het
Vierdag-orgel (1962): Manuaal: Pedaal Holpijp 8' bas/disc. Aangehangen Prestant 4' bas/disc. Roerfluit 4' bas/disc. Octaaf 2' bas/disc. Scherp III sterk bas/disc.
Derde orgel
In 1993 werd het Vierdag-orgel in de kerk van de Gereformeerde Gemeente Amsterdam-Noord vervangen door een ander orgel. Organist Cor Dubbeld zette zich hiervoor in. Als adviseur was Peter Eilander
aangetrokken. Er werd een tweeklaviers instrument aangeschaft dat
in 1964 door de firma Pels was gebouwd voor de kapel van het Sint Antoniusziekenhuis in Horst. In het programma van ingebruikname staat
dat het opus 416 was, volgens de opuslijst van het bedrijf betrof het opus 616. In december 1964 werd het door het bedrijf, inmiddels
gefuseerd met de firma G. van Leeuwen tot Pels & Van Leeuwen, geplaatst.
Dispositie van het Pels-orgel (1964): Klavier I: Klavier II (in zwelkast): Pedaal: Holpijp 8' Quintadeen 8' Subbas 16' Prestant 4' Roerfluit 4' Mixtuur II-III sterk Gemshoorn 2'
Werktuiglijke
registers: Koppel Klavier I-Klavier II
Koppel Pedaal-Klavier II
Tremulant
In 1969 werd het door Pels & Van Leeuwen overgeplaatst naar de kapel van de Medische
Missiezusters Imstenrade te Heerlen. Vanaf 1981 was het orgel in onderhoud bij een onbekende orgelbouwer.
Het instrument heeft in Heerlen dienst gedaan tot in de periode 1989-1990 het klooster werd gesloten. Drie jaar later volgde overplaatsing naar Amsterdam door Louis Huivenaar uit Oostzaan. De blaasbalg werd vergroot en een nieuwe pneumatische tremulant werd toegevoegd.
De ingebruikname vond plaats op 1 november 1993 met een bespeling door Eilander.
Twintig jaar later, in 2013, werd het Pels-orgel gedemonteerd toen het orgel van de Gereformeerde Gemeente van Zaandam in de kerk werd geplaatst. De firma Pels & Van Leeuwen sloegen het op en in de tweede helft van 2017 werd een koper gevonden in de Rooms Katholieke Parochie van de H. Marcus Verrijzenis in Amsterdam-Slotervaart.
Het orgel kreeg een plek in de
Verrijzeniskerk aan de Louis Bouwmeesterstraat.
Huidig orgel Na sluiting
van het kerkgebouw van de
Gereformeerde Gemeente aan de Langestraat in Zaandam werd besloten het
Boogaard/Elshout-orgel, in 1986 in gebruik genomen, over te plaatsen naar Amsterdam. In januari 2013
begonnen met de demontage van het orgel. Onder leiding van Ko Boogaard, een van
de bouwers in de jaren ’80, werd het overgebracht naar Amsterdam-Noord waar het
in de periode januari-maart zonder verdere wijzigingen werd opgebouwd. Het Pels
& Van Leeuwen-orgel was al iets eerder gedemonteerd. Tijdelijk werd
de gemeentezang begeleid met behulp van een kistorgel, ter beschikking gesteld
door de firma Flentrop. Hoewel dit instrumentje maar enkele stemmen bezat, bleek
het wonderwel goed te functioneren als kerkorgel te Amsterdam. Ook vanuit de
gemeente werden er positieve reacties op gegeven. Vanaf begin maart 2013 zingt
de Amsterdamse en Zaanse gemeente bij het Boogaard/Elshout-orgel. Een leuk
aardigheidje is dat de ruim 120 jaar oude klavieren na 82 jaar weer terug zijn
op hun oorspronkelijke plaats: in Amsterdam. Dispositie van het
Boogaard/Elshout-orgel (1986): Hoofdwerk: Bovenwerk: Pedaal: Prestant 8' Holpijp 8' Subbas 16' Roerfluit 8' Flute Travers 8' disc. Octaaf 4' Fluit 4'
Werktuiglijke
registers: Quint 3' Nasard 3' Koppel Hoofdwerk-Bovenwerk
bas/disc. Octaaf 2' Woudfluit 2' Sesquialter II sterk disc. Terts 1 3/5' disc.
Koppel Pedaal-Bovenwerk Mixtuur III sterk bas/disc.
Tremulant bovenwerk Trompet 8' bas/disc.
Tijdens een dijkdoorbraak op 14 januari 1960 (als gevolg van een lek in de drinkwaterleiding was een dijk
langs het Noordzeekanaal ernstig verzwakt geraakt) liep een deel van Tuindorp-Oostzaan onder water, waarbij het water tot de vensterbanken van het kerkgebouw kwam.
Het orgel leed zware schade en werd door deskundigen namens het Rampenfonds afgekeurd. Uit het archief van Lambert Erné blijkt dat hij of Willem Hülsmann in februari reeds het kerkgebouw bezocht en 6 maanden later volgde een tweede keuring. In eerste instantie leek de schade mee te vallen,
bij het hernieuwde onderzoek bleek toch veel schade door vocht te zijn ontstaan. De firma Van Leeuwen gaf desondanks een kostenraming voor herstel, maar een eenklaviers orgel op 4-voets basis met een nieuwe balustrade zou eenzelfde bedrag kosten.
De kerkenraad besloot tot aanschaf van een nieuw orgel. Niettemin bleef tot 1962 het oude orgel in gebruik. Daarna werd het overgeplaatst naar het gebouw van de
Evangelisatie aan het Zuideinde 233-235 in Oostzaan. Daar was een eenklaviers 19e-eeuws orgel aanwezig sinds 1922, geplaatst door K.P. van Ingen. Mogelijk betreft het een instrument van Hermanus Knipscheer II. Wegens aanstaand onderhoud werd liever een ander orgel geplaatst, waarvoor de keuze op het pneumatische orgel uit Amsterdam-Noord viel (het oude orgel werd na enkele jaren opslag bij de firma Spiering in de Hervormde kerk van Valburg geplaatst). Toen de Hervormde Evangelisatie in Oostzaan in 1971 werd opgeheven, verhuisde het Spiering-orgel naar een particulier in Wormerveer.
In 1993 kon de gemeente van Amsterdam-Noord beschikking krijgen over een ander orgel en het Vierdag-orgel werd overgeplaatst naar de Hervormde Kerk in Sleeuwijk. In 2006 volgde een restauratie.
Koppel Pedaal-Klavier I
Koppel Pedaal-Hoofdwerk